In het Amsterdam UMC behandel ik een verscheidenheid aan seksuologische en psychosomatische problematiek – al dan niet in combinatie met medisch psychologische vraagstukken, aanpassingsproblematiek, stemmings- en angstklachten en persoonlijkheidsproblematiek.

Samen met de cliënt ontrafel ik het samenspel tussen biopsychosociale factoren dat onderhoudend kan zijn aan de problematiek. Het voornaamste doel van de psychotherapie is de bevordering van autonomie bij cliënten, zodat mensen zich meer bewust worden van hun eigen wensen en grenzen en deze ook leren aangeven. Iemand kan hierdoor meer veerkracht ervaren en op een goede manier leren omgaan met de problematiek, waardoor er minder last ervaren kan worden.

Vertrouwen en commitment in de behandelrelatie is een belangrijke basis voor de therapie. Goed contact tussen cliënt en therapeut bestaat uit veiligheid en uit betrokkenheid. Dit biedt een basis voor warme confrontaties om het reflecteren te bevorderen wat bijdraagt aan een goede uitkomst van de therapie.